Stelselmatige afbouw van pensioenen en andere rechten

Stelselmatige afbouw van pensioenen en andere rechten

Afbouw van pensioenen
26.09.2018

Eén constante noteren we over de afgelopen acht jaar: opeenvolgende regeringen bouwen stelselmatig de rechten af van hun personeelsleden. VSOA waakt over uw belangen en legt de lat hoog bij de onderhandelingen. Maar het is een zware en moeilijke strijd: de regering bespaart steeds meer en hardvochtiger ten koste van de zwaksten in de samenleving om haar begroting minder te laten bloeden – het bloed vloeit daarom (ook) bij ons,  vooral wat onze pensioenen betreft. 

Een greep uit deze maatregelen:

  • de vervroegde pensioenleeftijd stijgt van 60 jaar mits 5 dienstjaren in 2011 naar 62 jaar mits 40 dienstjaren in 2016 en pas op  63 jaar  met 41 dienstjaren in 2018, tot 63 jaar met  42 dienstjaren vanaf 2019 (uitzondering lange loopbaan 2018: 43 jaar op 60, 42 jaar op 61 met pensioen, vanaf 2019 44 jaar op 60, 43 jaar op 61 jaar);  
  • de gemiddelde wedde neemt als berekeningsbasis voor het pensioen sedert 2012 de laatste tien i.p.v. de laatste vijf jaar;
  • een verhogingscoëfficiënt zag het licht voor wie een tantième geniet: voor de berekening van het pensioen is dat een graduele en significante verlaging van het pensioen en de loopbaan zelf minder mee: een tantième van 1/50 die in 2016 een omzetting kent van 1,20 is tegen 2022 gereduceerd tot slechts 1,05; een tantième van 1/55 kent in 2016 een omzetting van 1,09 om in 2022 ook nog slechts 1,05 te bedragen. Het gunstige effect van de tantièmes verdwijnen alleen al door deze maatregel van de vorige regering;
  • tantièmes voordeliger dan 1/48 werden in 2012 verminderd tot minstens 1/48, waardoor het pensioenbedrag vermindert en de loopbaanduur verlengt. Wie deze voordelig tantièmes genoten, lees je in het antwoord op een parlementaire vraag uit 2012;
  • de gewone loopbaanonderbreking kent steeds strengere en complexere voorwaarden om nog in aanmerking te komen voor de opening van het recht op en de berekening van het pensioen;
  • de pensioenbonus werd afgeschaft in 2015;
  • het diploma telt sedert 2016 niet meer mee: noch voor de berekening van het pensioen noch wat de studietijd betreft om vervroegd met pensioen te kunnen. Voor de berekening is een dure afkoop van het diploma in de plaats gekomen (er zijn wel overgangsmaatregelen – graduele afbouw); 
  • de pensioenleeftijd stijgt van 65 naar 66 jaar in 2025, en naar 67 jaar in 2030, die maatregel was in geen enkel partijprogramma opgenomen;
  • het niet meer meetellen van de contractuele jaren voorafgaand aan de benoeming is een drastische besparing. Die nadelige maatregel ging gepaard met een voordeel: een tweede pijler pensioen voor de federale contractuelen. Dat is één van de weinige positieve maatregelen de afgelopen jaren.  

Deze regering zet nu nog een versnelling hoger, en doet er alles aan om een gelijkschakeling naar beneden door te voeren, zodat de openbare en de private sector gelijke maar minimale arbeidsvoorwaarden kennen.  

Een voorbode zagen we al in de fusie van de diverse pensioendiensten : de voormalige Rijksdienst voor Pensioenen (RVP) voor werknemerspensioenen en de voormalige Pensioendienst voor de Openbare Sector (PDOS) smolten samen in de Federale Pensioendienst (FPD). Interimarbeid doet zijn intrede. 

Maar veel is niet genoeg!

Staan nog op stapel in deze hete herfst 2018:

  • de volledige afschaffing van de voordelige tantièmes mits een zwakke compensatie in de vorm van de “zware beroepen”, zowel in de private als in de openbare sector;
  • komaf wordt gemaakt met de voorrang van de statutaire werving ten voordele van de contractualisering van het openbaar ambt onder het nauwelijks verholen populistische motto “gedaan met de luie ambtenaar”;
  • de nieuwe Codex van het federaal openbaar ambt versnelt ontslagprocedures, verstrengt de evaluaties en de tuchtprocedures, schaft de versnelling van de loopbaan af en kent enkel nog loopbaanvertraging, verlofdagen, brugdagen en recuperatiedagen worden ingekort, kortom, het “statuut Camu” sterft een stille dood en luidt de “laatste der ambtenaren” in ; 
  • en, als de druppel die de emmer volledig doet overlopen, zet de regering met het zomerakkoord het ziektekapitaal op de helling! Tegen deze afbouw van onze rechten voerden we in gezamenlijk front actie op 28 september 2018. 

De enige maatregel die wellicht de eindmeet van deze legislatuur niet haalt, is het pensioen met punten, maar dat is enkel maar uitstel. Die hervorming zal onze pensioenen tot een ware loterij herleiden, omdat pas in het jaar van pensionering bekend zal zijn met welke coëfficiënt het pensioen moet worden vermenigvuldigd, o.a. afhankelijk van de conjunctuur.