Behoudens opzettelijke fout of bedrog kan, in afwijking van art. 6.3,§1 en 6.3,§2 BW, het lid geen buitencontractuele vordering instellen tegen het VSOA (in deze steeds begrepen als zijnde de algemene organisatie zowel als haar beroepsgroepen dan wel aanhorigheden) of een hulppersoon/aangestelde van het VSOA, met inbegrip van, doch niet beperkt tot, haar afgevaardigden, werknemers en medewerkers.
Dezelfde aansprakelijkheidsbeperking geldt eveneens voor de hulppersonen/aangestelden van het VSOA die zich hierop steeds kunnen beroepen ten aanzien van eender welke partij die hen op welke grond dan ook zou aanspreken. Hetzelfde geldt voor de vroegere hulppersonen/aangestelden (met inbegrip van hun erfgenamen), indien zij aansprakelijk worden gesteld nadat zij VSOA hebben verlaten.
De aansprakelijkheid van het VSOA en/of zijn hulppersonen/aangestelden is in elk geval beperkt tot het bedrag waarvoor het VSOA verzekerd is in het kader van zijn (beroeps)aansprakelijkheidsverzekering, behoudens in geval van een opzettelijke fout of bedrog vanwege het VSOA.
Indien en voor zover, om welke reden dan ook, de (beroeps)aansprakelijkheidsverzekeraar geen dekking zou verlenen, is de totale aansprakelijkheid van het VSOA en/of zijn hulppersonen/ aangestelden in elk geval beperkt tot 1.500.000 euro.
Het VSOA is niet aansprakelijk voor eventuele tekortkomingen van derden die diensten verlenen aan het lid, ongeacht of deze derden hun erelonen en kosten aan het VSOA, dan wel rechtstreeks aan het lid, aanrekenen.