Invoering van een nieuwe administratieve stand ‘Tijdelijke Arbeidsongeschiktheid voor Ambtenaren’ - ‘TAVA’
In een notedop:
De wet van 18 mei 2024 tot invoering van de tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkeringen voor ambtenaren werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 13 juni.
De regering schaft hiermee het zogenaamde 'ziektepensioen' voor ambtenaren af vanaf 1 januari 2028.
Door goede onderhandelingen, zorgde VSOA er inderdaad voor dat de datum van inwerkingtreding uitgesteld werd, voor een heel aantal artikelen, tot 01.01.2028. Andere bepalingen treden wel in werking op 01.01.2025. Hierdoor is er meer tijd voor de overheden om zich aan te passen aan de nieuwe regeling.
Het huidige ziektepensioen wordt toegekend bij lichamelijke ongeschiktheid. In de plaats komt dus deze nieuwe administratieve stand ‘tijdelijke arbeidsongeschiktheid voor Ambtenaren’, afgekort ‘TAVA’, met een pensioen door de Federale Pensioendienst, maar de statutaire band met de overheidswerkgever blijft behouden! Doel: re-integratie op het werk op grond van restcapaciteiten, bij de huidige of een andere overheidswerkgever, zelfs bij een privéwerkgever.
Het VSOA gaf alvast een niet akkoord bij de onderhandelingen in Comité A hierover: de rol van Medex is te uitgebreid, de medische commissies van de bijzondere korpsen zullen worden buitenspel gezet, wat de opvolging betreft. Zij oordelen wel over de toelating tot de TAVA. De expertise vereist om gezondheidsbeoordelingen uit te voeren voor de speciale korpsen van Politie en Defensie en de Spoorwegen is niet gewaarborgd. De preferentiële loopbaanbreuk wordt niet behouden bij re-integratie bij een andere overheidswerkgever. De betrokkenen kunnen slechts één keer een door Medex aangeboden betrekking gemotiveerd weigeren.
De Raad van State heeft de regering in een recent advies teruggefloten: er is een bevoegdheidsoverschrijding door de Minister van Pensioenen. De Raad had nog geen advies over de grond van het ontwerp gegeven, in afwachting van het antwoord van de Regering op de bevoegdheidsoverschrijding. Maar, de regering en het parlement hebben dit advies van de Raad van State doodleuk naast zich neergelegd en de wet toch gepubliceerd. Het (geringe) belang van de Raad van State is meteen duidelijk.
Waarom het ziektepensioen afschaffen?
De regering motiveert deze hervorming als volgt:
- het ziektepensioen ontneemt relatief jonge ambtenaren definitief elke mogelijkheid om welk werk dan ook te hervatten;
- het pensioenbedrag is vaak erg laag vanwege een korte carrière en lage aanvangssalarissen;
- het gewaarborgde minimumpensioen kent erg strenge criteria, de inkomsten van de partner worden ervan afgetrokken. Dit ontmoedigt elke poging om weer actief te worden.
De hervorming richt zich voornamelijk tot de jongere ambtenaren. Er zijn ongeveer 87.000 mensen, veelal onder de 50 jaar, op deze manier definitief gepensioneerd, met jaarlijks 2 tot 3.000 nieuwe gevallen per jaar.
Moeizame onderhandelingen!
Het hervormingsontwerp werd gedurende de week van 17 juli 2023 al informeel besproken in het Comité A. De hervorming werd aangekaart zonder concrete teksten en met vage termen. Gezien de vele onduidelijkheden vonden er nieuwe vergaderingen plaats in september 2023 met de 'speciale korpsen' (politie, defensie en NMSB) en met het Nederlandstalig en Franstalig onderwijs, wat leidde tot evenveel vragen en onzekerheden.
Pas in januari 2024 werden echte uitgeschreven ontwerpteksten bezorgd. Ongebruikelijk: deze teksten waren nog niet goedgekeurd door de ministerraad ! Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat deze met weinig enthousiasme werden ontvangen, zowel door de vakbonden als door het Comité voor overheidsbedrijven. Inderdaad, essentiële wijzigingen werden nadien aangebracht door de Ministerraad, en pas in februari 2024 werd dan een definitieve tekst op de agenda van een formeel Comité A gezet. De teksten waren nog onaantrekkelijker dan de versie van januari. De vakbonden formuleerden niet minder dan 45 essentiële vragen bij de ontwerpen, waarop pas aan de vooravond van de volgende vergadering een antwoord kwam. De vakbonden gaven aan de regering nog essentiële bedenkingen mee: zo moet bv. het preferentiële stelsel behouden blijven bij wijziging van overheidswerkgever. Maar we kwamen bedrogen uit. Het VSOA gaf dan ook een niet akkoord.
TAVA, wat is het?
Het huidige ziektepensioen wordt afgeschaft en vervangen door de nieuwe administratieve stand ‘tijdelijke arbeidsongeschiktheid voor Ambtenaren’, afgekort ‘TAVA’, behalve voor beoefenaars van religieuze diensten. Aanvankelijk waren magistraten ook uitgesloten van de regeling, maar zij zullen naar verluidt wel onder hetzelfde systeem vallen, dat is afhankelijk van een hervorming van het Gerechtelijk Wetboek. Die hervorming is er nog steeds niet en het werd bevestigd: die zal er niet meer komen nu de regering in lopende zaken is.
TAVA richt zich op het verbeteren van de opvolging en re-integratiemogelijkheden voor ambtenaren met langdurige gezondheidsproblemen. De nieuwe regeling beoogt een betere bescherming tegen armoede en wil werkhervatting belonen. De filosofie achter de hervorming is om te focussen op wat nog mogelijk is voor de werknemer, in plaats van op wat niet meer mogelijk is.
Elke overheidsadministratie in ons land zal deze nieuwe administratieve stand TAVA in elk statuut moeten inschrijven. De deelstaten gaven in het Comité A te kennen dat ze daarvoor open staan. Immers, het ziektepensioen zal zijn afgeschaft! Maar die wijzigingen moeten nog blijken uit de praktijk uiteraard!
Als de overheden die nieuwe administratieve stand niet inschrijven in hun statuut, zullen de ambtenaren in “disponibiliteit” blijven, op kosten van de betrokken overheid, terwijl, als ze in TAVA gaan, de Federale Pensioendienst het pensioen zal uitkeren.
Deze pensioenen uitgekeerd door de Federale Pensioendienst zullen hoger zijn. De regels voor cumulatie zullen worden versoepeld; de inkomsten van de partner worden niet meer in mindering gebracht.
De statutaire band met de overheidswerkgever blijft behouden onder de TAVA-regeling! Dat is een eigenaardige vaststelling: betrokkene blijft statutair, terwijl hij een pensioen zal ontvangen.
Het uiteindelijke doel van TAVA is de re-integratie op het werk mogelijk te maken op grond van restcapaciteiten, bij de huidige of een andere overheidswerkgever, zelfs bij een privéwerkgever.
De 'tijdelijke ongeschiktheid' vervalt pas bij het bereiken van de pensioenleeftijd, tenzij Medex oordeelt dat de ambtenaar weer volledig geschikt is voor zijn vorige of een andere functie.
Hoe werk hervatten: nieuwe rol van Medex!
Een grondige hervorming van Medex wordt parallel uitgevoerd.
Er zal een opvolging en ‘terug naar werk’ begeleiding zijn door Medex, en de publieke werkgevers worden “geresponsabiliseerd”.
Voordat Medex een ‘TAVA-dossier’ ontvankelijk verklaart, zal de overheidswerkgever moeten aantonen dat hij vooraf alles in het werk stelde om de betrokkene terug aan werk te krijgen, maar dat die pogingen mislukten.
Medex zal vervolgens, eens het dossier ontvankelijk is, regelmatig, met tussenpozen van zes maanden, de geschiktheid van de ambtenaar beoordelen om hem, indien mogelijk, weer aan het werk te zetten, hetzij bij dezelfde overheidswerkgever, hetzij bij een andere overheidswerkgever, hetzij in de private sector. Het initiatief kan ook uitgaan van betrokkene zelf.
De medische commissies van de bijzondere korpsen van Politie en Defensie en de Spoorwegen zullen daarbij buitenspel gezet worden, wat de opvolging betreft. Zij oordelen wel over de toelating tot de TAVA. De expertise vereist om gezondheidsbeoordelingen uit te voeren voor de speciale korpsen is niet gewaarborgd. De bestaande terug naar werkcoördinatoren bij Onderwijs moeten erkend. De ambtenaar kan slechts één keer een door Medex aangeboden betrekking gemotiveerd weigeren. De preferentiële loopbaanbreuk bij verandering van overheidswerkgever blijft niet behouden. Dat alles is onaanvaardbaar voor het VSOA.
TAVA is er, ondanks de vastgestelde bevoegdheidsoverschrijding van de Minister !
De Raad van State heeft in zijn advies van 27 maart 2024 verklaard dat de Minister van Pensioenen niet aantoont dat haar ontwerp binnen de federale bevoegdheden valt. Het statuut van de ambtenaren die van andere dan de federale administratieve overheden afhangen, wordt immers geraakt. De Raad van Staat is van mening dat hij “ […] niet in staat (is) te concluderen dat de steller van het voorontwerp bevoegd is om de beoogde regeling in te voeren op grond van zijn bevoegdheid inzake pensioenen.”
Ook stelt de Raad van State vragen over het feit dat de geplande uitkering te veel lijkt op een pensioen en ten laste blijft van het pensioenbudget, zonder dat de statutaire relatie van de ambtenaar met zijn administratie wordt verbroken.
Gezien de onzekerheid, heeft de Raad van State geen grondige analyse van de tekst gedaan en concludeert : "De auteur van het voorontwerp moet het zo herzien dat het zeker binnen de federale bevoegdheid valt om de pensioenen van de betrokken ambtenaren te regelen. Bijgevolg is het voorontwerp niet verder onderzocht.".
De Raad van State telt niet mee!
Ondanks dit scherpe advies van de Raad van State vond de regering dat het binnen haar bevoegdheid viel en zette haar plan toch door. De minister legde het parlement immers een nauwelijks gewijzigde tekst voor. Het wetsvoorstel ging voor de vorm door de commissie Sociale Zaken van het Parlement. De wettekst werd op 8 mei 2024, vlak voordat het parlement werd ontbonden, ongewijzigd goedgekeurd zonder dat ook maar één parlementariër zich ertegen had uitgesproken.
Eens te meer heeft de regering helaas laten zien dat het advies van de Raad van State van weinig belang is. De regering publiceerde de wet in het Staatsblad, zonder het ontwerp opnieuw voor te leggen aan de Raad van State.
Bovendien bewijst de last-minute passage van de wettekst door het Parlement, zonder debat in de plenaire vergadering en zonder oppositie, hoe weinig respect de politieke wereld heeft voor zijn ambtenaren.
Het VSOA zal de implementering en toepassing van de TAVA op de voet volgen!
Bijgewerkt op 03.07.2024.